@@AR @@26 Mobiliteit en technologie: toevoegingen aan primaire mobiliteitshulpmiddelen Gerrit Van den Breede en Geert Bormans Zeer vele bedrijfjes en onderzoekscentra ondernemen pogingen om via allerlei elektronische hulpmiddeltjes de mobiliteit van blinde en slechtziende personen te verbeteren. Deze hulpmiddelen kunnen in twee groepen ingedeeld worden: primaire mobiliteitshulpmiddelen en secundaire mobiliteitshulpmiddelen. Voorbeelden van primaire mobiliteitshulpmiddelen zijn de witte stok en de blindegeleidehond. Met secundaire mobiliteitshulpmiddelen bedoelen we systemen die de visueel gehandicapte persoon helpen bij ori‰ntatie en navigatie door middel van elektronische bakens. Deze secundaire hulpmiddelen dienen voorlopig steeds in combinatie met een primair hulpmiddel gebruikt te worden. In dit artikel laten we u kennis maken met een aantal aangepaste primaire mobiliteitshulpmiddelen. Hierin onderscheiden we enerzijds hulpmiddelen die zelfstandig functioneren en anderzijds hulpmiddelen waarvoor een aanpassing van de infrastructuur (wegdek, gebouw,...) noodzakelijk is. In het volgende nummer zullen we een artikel besteden aan secundaire mobiliteitshulpmiddelen. 1. Autonome systemen 1.1. Sonic Pathfinder De Pathfinder is een elektronisch mobiliteitshulpmiddel, dat ontworpen werd voor personen met een beperkte restvisus en voor gebruikers van een witte stok en/of blindegeleidehond. Het toestel wordt met een hoofdband gedragen. Op het voorhoofd bevindt zich een ultrasoon systeem en op oorhoogte zitten twee luidsprekertjes. Deze luidsprekertjes houden enige afstand ten opzichte van de oren opdat omgevingsgeluiden hoorbaar zouden blijven. Met behulp van ultrasoon geluid (onhoorbaar voor de mens) worden hindernissen ter hoogte van de bovenste lichaamshelft gedetecteerd. Obstakels ter hoogte van de onderste lichaamshelft moeten door een witte stok of geleidehond gedetecteerd worden. Hindernissen worden tot een afstand van 2,4 meter gedetecteerd en in stappen van 30 cm aangegeven door geluidstonen van veranderlijke toonhoogte. De Pathfinder tracht geen geluidsbeeld te geven van de visuele wereld. De voornaamste bedoeling van het apparaatje is een grotere veiligheid bieden aan een blinde die zich verplaatst in open lucht of in grote gebouwen. Een opleiding om met dit hulpmiddel te kunnen werken is noodzakelijk. De prijs van de Pathfinder bedraagt 90.000 BEF. Voor meer informatie kan u de technische fiche in Infovisie Magazine van september 1997 raadplegen. Naast de Pathfinder bestaan er nog tal van gelijkaardige apparaten: Waywatch, Sensory 6, Polaron, Ultra Body Guard, Walkmate, Mowat Sensor, Optron,... We hebben de Pathfinder eruit gelicht omdat die in Belgi‰ op de markt is. 1.2. Teletact De Teletact is vergelijkbaar met de Sonic Pathfinder omdat het obstakels signaleert door middel van geluidssignalen, maar verschilt vooral in de manier waarop deze obstakels gedetecteerd worden. Dit toestelletje, dat door een niet- ziende in de hand wordt gehouden, stuurt namelijk geen ultrasoon geluid, maar een lichtbundel uit. Zodra deze lichtbundel gebroken wordt door een obstakel dat zich op 15 cm tot meerdere meters afstand bevindt, wordt een geluidstoon weergegeven. Dit geluid wordt hoger naarmate de gebruiker dichter bij het obstakel komt. De Teletact dient steeds in combinatie met een witte stok of een geleidehond gebruikt te worden. 1.3. GuideCane Aan de universiteit van Michigan, in de Verenigde Staten, werd eind augustus '97 een prototype van de GuideCane voorgesteld, die eruit ziet als een klein grasmaaiertje met 2 wieltjes, waaraan witte stok verbonden is. Tussen de wielen bevindt zich een aantal ultrasone sensoren die de ruimte aftasten. De GuideCane interpreteert de signalen en bestuurt de wielen van de GuideCane zodat obstakels gemeden worden. De gebruiker hoeft enkel te volgen. De GuideCane weegt 4 kg en beschikt over herlaadbare batterijen. De testpersonen van het prototype konden het apparaat vlot gebruiken zonder enige training. Volgens de ontwerpers bestaat de meerderheid van visueel gehandicapte Amerikanen uit 65 plussers waarvan slechts een klein deel in staat is te zorgen voor een blindegeleidehond. Momenteel kan het toestel geen overhangende obstakels detecteren en werkt het enkel op gladde oppervlakken. Als eerste verbetering worden opwaarts gerichte sensoren voorzien en uiteindelijk zouden de ontwerpers de GuideCane graag uitrusten met een GPS-systeem (wereldomvattend plaatsbepalingssysteem per satelliet). Daardoor zou de gebruiker een bestemming kunnen kiezen en zich vervolgens door de GuideCane langs de beste route laten gidsen. Het klinkt allemaal erg veelbelovend maar tussen wens en werkelijkheid liggen dikwijls vele jaren. De ontwerpers denken toch over enkele jaren reeds een commerci‰le uitvoering klaar te hebben waarvan de prijs geschat wordt op 4.000 USD. 2. Systemen met aanpassing van de infrastructuur 2.1. Witte lijnenplan in Enschede Een kleine 10 jaar geleden zijn de eerste pogingen ondernomen om extra faciliteiten toe te voegen aan een witte stok. In het station van het Nederlandse Enschede heeft men bij wijze van proef een blindegeleidingssysteem met witte lijnen uitgetest. Op de grond werden reflecterende witte lijnen geschilderd die bijvoorbeeld de stationsingang verbinden met de busterminal. Aan de blindestok werd een infrarood zender/ontvangertje bevestigd dat een piepsignaal produceert zolang de stok over zo'n witte lijn bewogen wordt. Een gebruikersonderzoek heeft aangetoond dat dit systeem de zelfstandigheid en veiligheid van de gebruiker verbetert, op voorwaarde dat er ook reli‰fkaarten uitgegeven worden. Bovendien blijkt een kort trainingsprogramma nodig opdat een blinde met het systeem zou kunnen omgaan. Slechtzienden kunnen de reflecterende witte lijnen zonder meer gebruiken. Omdat het toestelletje reageert op alle witte verf, vroegen de proefpersonen zich terecht af of dit systeem niet in conflict komt met de witte verf van de gewone verkeerssignalisatie. Omvangrijke witte lijnenplannen schaden waarschijnlijk ook het beeld van de stads- en dorpskernen. Om tot een algemene invoering van het systeem te kunnen komen, moet er zeker nog aan enkele voorwaarden voldaan worden: -Bereidheid van gemeenten om over te gaan tot het op grote schaal aanbrengen van witte lijnen. -Industri‰le productie van het zender/ontvangertje. -Opname van het apparaat in een systeem van sociale verzekering, opdat de kosten voor de gebruiker beperkt kunnen blijven. In het spoor van dit witte lijnenplan zijn, zowel vanuit priv‚-initiatief als vanuit universiteiten en projectgroepen, heel wat pogingen ondernomen tot verfijning. 2.2. Guinovo Een voorbeeld van zo'n verfijning is het Guinovo project, dat we toelichten omdat het tastbare resultaten opleverde en omdat het naar ons gevoel commercieel het verst gevorderd is. Het concept, dat ontwikkeld werd in Belgi‰, vertoont sterke gelijkenissen met het hierboven beschreven witte lijnenplan. De witte lijnen zijn bij Guinovo vervangen door een draad die onder het wegdek of de vloer geplaatst wordt en fungeert als antenne die verschillende signalen uitzendt. Op de witte stok wordt een ontvangertje geplaatst dat het uitgezonden signaal detecteert en dit omzet naar tactiele weergave (vier pennetjes) of geluidssignalen (toon of gesproken boodschap). Zodra de gebruiker zijn witte stok boven de draad beweegt treedt het tactiele of auditieve signaal in werking en kan een route gevolgd worden. De voordelen van dit systeem ten opzichte van het witte lijnenplan zijn de ‚‚nduidigheid (geen last van gewone wegmarkeringen) en de mogelijkheid tot het geven van boodschappen zoals een soort van gesproken wegwijzers bij een kruising van draden. Een proefopstelling is geplaatst in het Institut Alexandre Herlin te Sint- Agatha-Berchem in Belgi‰. 2.3. Magnetische en lichtgevende tegels In Japan zijn speciale tegels ontwikkeld waarin magnetische ferrietstukjes, zonnecelletjes en kleine LED-lampjes verwerkt worden. Onderaan de witte stok van de gebruiker zit een magnetische voeler die verbonden is met een geluidssysteem dat in werking treedt zodra de gebruiker zijn stok over de tegels beweegt en op die manier de te volgen weg aangeeft. De LED-lampjes in de tegels, die gevoed worden door de zonnecelletjes, zijn bedoeld voor slechtzienden. Het mag in ieder geval duidelijk zijn dat 150 USD per tegel niet goedkoop is, wat de prijs van een volledig parcours de hoogte in zal jagen. Dit verklaart waarom het systeem niet echt van de grond komt. Als voordeel kunnen we vermelden dat de tegels geen elektrische verbindingen hebben zodat bij eventuele grondwerken geen speciale voorzorgen moeten genomen worden. Een tegel kan uitgebroken en zonder meer teruggelegd worden. 3. Nabeschouwingen De gebruiker kan alleen maar toejuichen dat er een groeiende belangstelling is voor de technische verbetering van zijn mobiliteit. Toch kunnen we er niet onderuit dat ‚‚n en ander met een kritisch oog moet bekeken worden. Elk van de beschreven systemen heeft ontegensprekelijk een zekere waarde. Dikwijls is het toepassingsgebied echter beperkt. Het is daarom noodzakelijk dit toepassingsgebied zorgvuldig af te wegen ten opzichte van de kostprijs. Om te beginnen is er de kostprijs van de infrastructuur die sommige mobiliteitshulpmiddelen vereisen en die in vele gevallen door de gemeenschap moet gedragen worden. Naast de installatiekost moet terdege rekening gehouden worden met de onderhoudskost. Sommige systemen kunnen immers, afhankelijk van hun toepassingsgebied, een onderhoudskost vergen die de aankoopprijs vele malen overstijgt. Daarnaast heeft elk van deze hulpmiddelen ook een prijskaartje voor de gebruiker, bestaande uit de aankoopprijs en de prijs van een eventuele opleiding. Het is wenselijk deze gebruikerskost zo laag mogelijk te houden. Een goed werkend systeem van sociale verzekering kan hier een oplossing bieden. Los van het financi‰le aspect zou het wenselijk zijn dat alle geavanceerde mobiliteitshulpmiddelen compatibel met elkaar zijn. Het is te absurd dat een gebruiker zich zou moeten behangen met allerlei verschillende ontvangers. Dit aspect zal nog meer meespelen bij de secundaire mobiliteitshulpmiddelen waarover we in het volgende nummer zullen uitweiden. We mogen tenslotte ook niet uit het oog verliezen wat er ondanks al dit technisch vernuft steeds aan de basis moet liggen om een goede mobiliteit te waarborgen. Dit is het gebruik van een witte stok en/of blindegeleidehond gekoppeld aan enerzijds een doordachte mobiliteitstraining waarbij degelijke stoklooptechnieken worden aangeleerd en anderzijds een veralgemeende en uniforme toepassing van taktiele tegels (bijvoorbeeld ribbels of noppen) en aangepaste signalisatie. Als ons maatschappelijk bestel wat meer oog had voor deze training en voor eenvoudige infrastructuuraanpassingen en als de bestaande wetgeving aangaande overhangende obstakels op het voetpad effectief zou nageleefd worden, dan zou heel dit verhaal grotendeels overbodig zijn ! Referenties: *GuideCane Dr. Johan Borenstein The University of Michigan Advanced Technologies Lab 1101 Beal Avenue USA-Ann Arbor, MI 48109-2110 Telefoon: +1 313 763 1560 Fax: +1 313 944 1113 E-mail: E-mail: johannb@umich.edu Website: http://www-personal.engin.umich.edu/ ~johannb/GC_News/GC_News.html *Teletact Ereo Technoparc 165, rue Cl‚ment Ader F-01630 Saint-Genis-Pouilly Telefoon: +33 4 50 99 16 35 Fax: +33 4 50 28 20 36 *Guinovo Guy Defrenne 64 bte 20, rue Duysburgh B-1090 Brussel Telefoon: +32 2 476 27 68